vrijdag 12 juni 2020

De tjiftjaf valt uit de toon


maart 2020

De tjiftjaf (Phylloscopus collybita) valt uit de toon

Lofschrijvers over de lente ontspringen, zoals de kleine veldkers, plots uit elke hoekje van ons beeld. Allemaal vermelden ze de tjiftjaf. Ook ik. Maar het zal geen ode zijn.
Het is niet de luidste vogel, wel alomtegenwoordig en overduidelijk herkenbaar. Mijn dochtertje van twee gaat moeiteloos in het spel mee. Onmogelijk onhoorbaar.

TJIFTJAF

De tjiftjaf berooft mijn hoofd van alle vrijheid, vrijwel op die momenten dat ik dat niet wil. Als vakkundig vogelwaarnemer in wording, vervoer ik mij geen vin bij het beluisteren van een voor mij nieuwe zang. “zwarte roodstaart?” 

TJIFTJAFTJIFTJAF

Volhoudend, geen seconde twijfelend, landt de zangvogel op een tak net naast mij. Deze tak ligt in zijn territorium en dat laat hij luid en duidelijk horen. Zesendertig zangposten op een topdag in maart in het natuurgebied Blokkersdijk. Overdrijven is ook een vak. Zelfs de winterkoning wenst er minder woorden aan vuil te maken.

TJIFTJAFTJIFTJAFTJIFTJAF
Rusteloos begeeft de tjiftjaf zich van blad tot blad, van kever tot kever, tot het einde van de dag nadert. Zoals ook een dag maar enkele uren duurt, dalen ook de adembenemende aantallen van de tjiftjaf zienderogen wanneer april in aantocht is. Deze overenthousiaste geelgroene zonneklopper blijft gelukkig niet in die groten getale aanwezig.
De onverbetelijke optimist ziet ook wel in dat een heel bos met enkel zijn soort grotesk ingeschat is. De zangers settelen zich steevast.

TJIFTJAFTJIFTJAF
Dit zacht gekleurde vogeltje lacht de lente luidkeels tegemoet. Er lijkt niets negatiefs over te zeggen. Is hij daarom zo onuitstaanbaar? Volgens mij is het gewoon brute pech om juist nu, in maart en april van 2020, zo weelderig van de partij te zijn in deze corona hectiek. Was het nu een ander jaar dat ik de vogelwereld binnenstapte, neem nu 2018, dan kreeg deze taaie tjiftjaf in mijn ogen vast een heel andere bijklank. Taai en mijn kritiek voor lief genomen, zingt hij vrolijk verder.
TJIFTJAF
Deborah Dirven, conservator Blokkersdijk

vrijdag 10 april 2020

Terwijl ik jou verken


Conservator Blokkersdijk gezwicht 
voor biotopen ontwricht                                                                                                                                                                                                                                            

Terwijl ik jou verken,
de geluiden in het landschap om me heen herken,
breekt er iets los.

donderdag 26 maart 2020

Zonder zwammen, zwart op wit, we worden afgeluisterd op Blokkersdijk


Echt judasoor (Auricularia auricula-judae)

[auricula is Latijns voor oor en judae verwijst naar Judas Iskariot]

Zo onopvallend opvallend, je begint ze pas overal te zien als je oog er één keer op is gevallen. Vrij indrukwekkend zo’n geleiachtig geaderd oor aan een oude vlier. Schichtig keek ik over mijn schouder, niemand in de buurt? 

Dankzij Judas, de apostel die Jezus Christus verraadde, kunnen wij vandaag de dag genieten van deze gelatineuze trilzwam. Of dat is toch wat de legende ons wilt leren. Het verhaal wil dat Judas zich vol spijt probeerde op te hangen aan een vlierstruik. Helaas brak de tak van de vlier, viel hij naar beneden en schuurde hij met zijn oor tegen de bast van de boom. Dat valt even tegen, zo dicht bij de dood, maar het mocht (nog) niet zo zijn. Op schaduwrijke plaatsen met een hoge luchtvochtigheid kunnen we de rouw van Judas’ ziel letterlijk waarnemen. Echt judasoor vind je niet zoals de meeste paddenstoelen dicht bij de grond, maar je kijkt beter op ooghoogte.

Nieuwsgierig geef ik de zwam een licht duwtje en ze begint enthousiast te trillen. Deze zwam heeft haar naam niet gestolen. Het trillen helpt de zwam om zich te verlossen van zijn sporen.
Deze taaie rakker komt tevoorschijn in allerlei vormen tussen oktober en maart. Van roodbruine oorschelpen tot zwarte bekertjes. Wanneer het een lange tijd heel droog is geweest, verschrompelen ze en lijkt het einde nabij, om dan na een vochtige periode weer helemaal op te leven.
Let dus voortaan op je woorden wanneer je in het bos rondloopt. Want je kan zeker zijn dat de oren van het woud je hebben gehoord. 

Deborah Dirven

zaterdag 14 december 2019

Wanneer de fuut zijn verhaal zelf schrijft


Wanneer de fuut zelf zijn verhaal schrijft             (Blokkersdijk 2019, Soap Opera Ep.1.1)

Wanneer de aardbol gestadig groen kleurt, ergens midden maart, gieren de hormonen van alle vogels in Blokkersdijk als een dwaas door hun hele lijf. Het is tijd om te zingen en te baltsen. De speurtocht naar ware liefde is begonnen. Althans, voor dit seizoen.
De zoektocht naar ware futenliefde is een theatraal treffen. De danspasjes stromen door de aderen van de mannetjes en de vrouwtjes. Blaadjes en takjes maken het spektakel tot een groot succes. Na enige tijd intiem dansen, aanvaardt het vrouwtje het verrukkelijke visje van het mannetje en is de band gesmeed. Zo treden ook Frank en Fiona op 16 maart 2019 in het huwelijksbootje.

Alle futen op de plas zijn druk in de weer om hun liefde op het eerste gezicht het hof te maken.  Een pittige opdracht, want de vrouwelijke fuut is fijn van smaak.

Mei en juni zijn maanden vol liefde, stevige arbeid en ijdele hoop. Koppeltjes worden gevormd en ze beginnen met het knutselen van hun wankelende nesten, vrijen vurig en waken over hun eieren als leeuwinnen over hun welpen. Jammer genoeg is geen enkele fuut opgewassen tegen de sluwe jagers van Blokkersdijk.

De familie Vos voelt zich heden ten dage helemaal thuis in dit prachtig natuurgebied. Zeker in de lente, wanneer er een bijzonder cholesterolrijke, maar toch vitaminevolle feestmaaltijd op het menu staat: smakelijke meerkoeten- en futeneieren. Als fervente opportunist, een niet te missen kans.

Meerkoeten zijn een krak in het verdedigen van hun nesten. Deze vechtersbazen laten niet met zich sollen. De fuut is iets zachter van aard en vreest de vos net iets meer. Alle hens aan dek, het spel kan beginnen! Voorlopige tussenstand: “vossen – meerkoeten” 35 -15 “vossen – futen” 15-0. De vos verdient één punt voor ieder leeggeroofd nest. De meerkoeten en futen verdienen één punt per nest met gekipte eieren.

Eind juni zit Fiona voor het eerst op haar nest, aan de rand van de oever, waar zij en haar partner hard aan hebben gewerkt. De vos heeft de eieren al snel gevonden. Voor ze het weten, hebben ze niets meer over.

Het broedseizoen loopt ten einde en de futen gooien stuk voor stuk de handdoek in de ring. Wordt 2019 het eerste jaar op Blokkersdijk dat geen enkel futenkoppel een succesvol legsel uit kan laten komen? “Missie geslaagd!”, zo denkt de familie Vos.

Smoorverliefd, vol energie en vastberaden, bijten Frank en Fiona door. 30 juli zit Fiona opnieuw op haar nest en verliest haar eieren geen seconde uit het oog. Misschien denkt familie Vos dat er geen eieren meer te vinden zijn? Misschien krijgen ze last van hun overbelaste lever? Familie Vos focust zich nu op andere lekkernijen.

Frank en Fiona worden eigenaardig aangekeken door hun soortgenoten en de beheerders van Blokkersdijk. Ook Moeder Natuur toont nauwelijks respect voor hun driftige doorzettingsvermogen. Midden augustus wordt Blokkersdijk geteisterd door enkele onvermoeibare windvlagen. Het peil van het water komt steeds hoger te staan en neemt kleine delen van het strand opnieuw in beslag. Het nest is in gevaar. Door de adrenaline van de aanhoudende angst zwemt Frank ijverig heen en weer, op zoek naar alle mogelijke materialen om het nest op te hogen. Zouden ze nu echt, na al die hindernissen die ze overwonnen hebben, hun eieren verliezen aan de koude van het water? Toegewijd aan hun waardevolle legsel, houden ze vol. Liefde overwint alles. Of hormonen.

Ondertussen zit Fiona meer dan een maand op haar eieren en de afloop is onzeker. Ze zouden niet het eerste koppel zijn die alle energie steekt in het uitbroeden van levenloze eieren. Gelukkig mag het zo zijn. Drie kerngezonde pulli zien het licht op 1 september 2019. Apetrots draagt Fiona haar donzige donderstenen tussen haar veren op haar rug in het water. Het gekriebel is soms moeilijk te verdragen, dus af en toe schudt de kersverse mama haar kleintjes prompt het water in. Zo gaat het even door, tot ze genoeg energie hebben om zelf te zwemmen en mama te volgen. Fiona en Frank vangen de lekkerste visjes voor Francesca, Filip en Finn. Ze zijn niet te stoppen!

Maar helaas. Met het uitdoven van de hormonen eind september, smelt ook hun levendige liefde als sneeuw voor de zon. Geduldig afwachten tot de jongen voor zichzelf kunnen zorgen is geen optie. Scheiden lijkt de meest gezonde oplossing voor het hele gezin. Of, daar zijn Frank en Fiona toch van overtuigd. In de futenwereld is het traditie om bij het uiteengaan de kinderen te verdelen. Alleen: drie gedeeld door twee is anderhalf. Onmogelijk. Frank neemt Filip onder zijn hoede en Fiona zorgt voor Francesca. Bedoeld of onbedoeld, Finn valt al gauw uit de boot. Hij probeert uit alle macht mee te zwemmen met zijn papa en zijn broer. De vader reikt af en toe nog eten aan, maar hij focust zich liever op de forse Filip die meer kans heeft om te overleven. Filip grijpt de lekkernijen voor Finns neus weg. Finn wordt aan zijn lot overgelaten. Ondertussen is ook moeder en zus nergens meer te bespeuren. Het is nog veel te vroeg voor Finn om op eigen benen te staan, maar de keuze wordt voor hem gemaakt.

Filip en Francesca worden op hun wenken bediend door alleenstaande mama Fiona en alleenstaande papa Frank. Zij die vragen, worden in de vaak harde natuur, absoluut niet overgeslagen. Vol zelfvertrouwen groeien ze op, het volwassen leven luidkeels tegemoet. Dat geluk is Finn niet beschoren. Ergens in een vergeten hoekje van de plas, waar zelfs vogelkijkers een moeilijk zicht hebben, vindt Finn zijn stekje. Hij zwemt, duikt, mist,… zwemt, duikt en vangt een visje. Het foerageren begint hij al aardig onder de knie te krijgen.

Het einde van de zomer is in zicht. Licht en warmte maken plaats voor regen en wind en de aarde ruilt haar felgroene kleuren in voor zachte bruin- en roodtinten. Kleine mantelmeeuwen vliegen graag een stukje verder om te gaan jagen in Blokkersdijk. De ondiepe waterplas is een beroemde slaapplaats, broedplaats en hoogwatervluchtplaats. Er valt altijd iets te rapen.

Bij aankomst heeft de Kleine mantelmeeuw de jonge fuut gelijk in het vizier. Finn, die net midden op de plas op zoek is naar voedsel, zwemt zo snel als hij kan richting het riet. De meeuw is nog ver weg, dus hij kan het gemakkelijk halen. Hij probeert te vliegen om sneller te gaan, maar zijn veren zijn nog te donzig om in beweging te krijgen. De Kleine mantelmeeuw vliegt pijlsnel naar beneden en net voordat Finn het riet bereikt, wordt hij gevangen. Hij vecht tot het bitter einde.

Francesca en Filip groeien op in Blokkersdijk. Over enkele weken zijn ze zelfstandig genoeg om de wijde wereld in te trekken. Dan gaan mama, papa, broer en zus ieder hun eigen weg. Misschien, als beide ouders volgend broedseizoen weer terugkeren, wakkert het vuur van de liefde weer aan. Misschien ook niet. Éen is ding zeker. Blokkersdijk zal voor altijd een speciaal plekje innemen in de harten van deze futenfamilie.


Deborah Dirven